In dit interview vertelt Eric de Wit, Business Manager bij HEYDAY Consultancy, over de toekomst van architectuur en menselijk welzijn binnen de zorg.
Je bent onder andere gespecialiseerd in de doorontwikkeling van werkplekken. Wat is er veranderd op dat vlak?
“Vijfentwintig jaar geleden hadden we het nieuwe werken, daarna kwam activiteitgericht werken, nu is het hybride werken. Eigenlijk staat in al die trends één vraag centraal: hoe gebruik je de werkomgeving? Door de coronapandemie, waarin we massaal thuiswerkten, hebben kantoren in Nederland tegenwoordig een gemiddelde bezettingsgraad van slechts dertig procent. Op maandag start het rustig op, op dinsdag en donderdag is het druk, op woensdag is het rustig, en op vrijdag kun je vaak een kanon afschieten. Deze inefficiënte wijze van ruimtegebruik vraagt om aanpassingen zodat het meer flexibel gebruiken van ruimten.”
Waar moeten architecten rekening mee houden in hun ontwerp voor flexibele ruimtes?
“Gebruikers van de ruimte moeten zélf simpele aanpassingen kunnen doen, om een ruimte anders in te richten en anders te gebruiken. Kies je voor vaste tafels of voor tafels met wielen? Kun je die tafels aan elkaar koppelen voor een grote projecttafel, en weer uit elkaar halen voor twee losse werkplekken? Wil je vaste wanden of verrijdbare oplossingen? Het helpt daarbij enorm als je gebruik maakt van datagedreven facility management. Want als je weet hoe een gebouw wordt gebruikt, maak je veel slimmere keuzes.”
Wat heeft een gebouw nodig als het gaat om datagedreven facility management?
“Veel mensen denken meteen aan dure oplossingen, maar veel data is al gewoon aanwezig. De tag voor de deur? Daar zit software achter. Als je die data kunt ontsluiten en je kunt een trendanalyse maken (hoeveel mensen zijn er per werkdag aanwezig), dan kun je die informatie door vertalen naar je facilitaire dienstverlening. Zijn er op maandag maar vijftig mensen aanwezig? Dan koopt de catering minder in. Op vrijdag kun je wellicht een verdieping sluiten: dat scheelt in schoonmaakkosten.”
Jullie richten je ook op facilitaire dienstverlening in de zorg. Welke gevolgen hebben de stijgende zorgkosten voor architectuur?
“De ouderen van nu zijn welvaart gewend. Zij willen de luxe behouden van toen ze hun eigen huis hadden. Je ziet daarom steeds meer maatwerkoplossingen, zoals private zorginstellingen. Maar maatwerk is simpelweg duurder en voor de overheid niet betaalbaar. Het staat namelijk niet in verhouding tot de zorgtoeslag die wordt ontvangen. Daarom kan ook hier data weer van waarde zijn: je monitort het gebruik van een omgeving, om op zorgkosten te kunnen besparen. Dus: hoe vaak maken mensen gebruik van een eetkamer? Hoe vaak van een spelruimte? In de praktijk wordt de eetkamer misschien maar weinig gebruikt, terwijl er juist behoefte is aan een biljartruimte. Met slimme data kun je onderzoeken waar je op kunt bezuinigen. Want elke ruimte die in een zorginstelling niet gebruikt wordt om geld te genereren, is een kostpost.”
Kan een architect een positieve rol spelen in het tekort in zorgpersoneel?
“Wellicht gebruiken we steeds meer domotica, zoals drones en camera’s, die taken van zorgpersoneel overnemen. Daar moet natuurlijk al in het ontwerp rekening mee gehouden worden. Minstens zo belangrijk is dat werkomgevingen voor zorgmedewerkers prettig zijn, zodat het personeel dat er is, ook blijft. In traditionele zorginstellingen zie je bijvoorbeeld koffiekamers, waar personeel hun pauzes besteden. Maar het is goed om te vragen: wat heb je nou echt nodig om je professie goed uit te voeren? Hoe kom je echt tot rust? De werkplek moet waardering uitspreken voor de zorgmedewerker. In een krappe arbeidsmarkt moet daar meer rekening mee gehouden worden.”
Hoe ziet de zorginstelling van de toekomst eruit?
“We zien nu al een groot verschil tussen arme en rijke mensen. Dat verschil blijft bestaan als ze straks hulpbehoevend zijn. Ik denk dat er een grote categorie is die weinig geld te besteden heeft en is aangewezen op de overheid. Die zorg is recht toe recht aan en veel van hetzelfde, zodat de overheid weet wat dat kost. De rijkere categorie heeft de luxe om de zorgomgeving zélf te creëren, om zo lang mogelijk onderdeel van de maatschappij te blijven. Ik denk dus dat er twee soorten zorginstellingen komen: kopiëren voor de massa versus maatwerk. Automatisering kan voor de ene doelgroep veel kosten besparen, en voor de andere doelgroep veel luxe toevoegen.”
Dit interview is gepubliceerd in het magazine van GU Nederland, een platform voor architectuur.